Search
Close this search box.
Search
Close this search box.

Guus Hiddink: de wereld als speelveld

Hij voetbalde in Nederland en Amerika, trainde clubs in Turkije, Spanje en Engeland en was bondscoach van Nederland, Zuid-Korea, Australië, Rusland, China (onder 21) en Curaçao. Opgegroeid in de Achterhoek is Guus Hiddink in 75 jaar tijd verworden tot wereldburger. Achter zijn trainerscarrière heeft hij een punt gezet, maar hij blijft actief om zijn kennis te delen. In een gesprek met Jaap de Groot gaat Guus Hiddink daarom uitgebreid in op de toekomst van het topvoetbal. En die van trainers en coaches in het bijzonder.Tekst: Jaap de Groot
Online redactie: Mical Joseph
Beeld: John van HelvertNet nadat je besloten had om als trainer/coach te stoppen, werd je in november voorzitter van de belangenvereniging Coaches Betaald Voetbal (CBV). Waren de geraniums zo snel verwelkt?
“Dat verzoek kwam inderdaad snel. Omdat twijfel soms heel goed kan zijn, heb ik daar lang over nagedacht. Ik zie mezelf namelijk niet als bestuurder. Maar als ik zie dat collega’s als Theo Vonk, Leo Beenhakker, Louis van Gaal, Foppe de Haan, Han Berger, Ronald Koeman en Frank de Boer mijn voorgangers zijn geweest, dan is het wel een bijzondere functie. Alleen wil ik het niet inkleuren als erebaan, maar inbreng hebben. Zeker gezien de huidige ontwikkelingen binnen het topvoetbal. Maar dan moet het wel over zaken gaan waarvan ik weet waarover ik het heb, en dat zijn legale en juridische kwesties duidelijk niet. Daarover zijn nu afspraken gemaakt en kijk ik het een jaar aan, hoewel ik formeel voor drie jaar benoemd ben. Als ik aan het einde van het jaar merk dat ik toch geen relevante bijdrage kan leveren, dan stop ik er weer mee.”

Is dit niet meteen een signaal dat je af kunt geven? Want waarom gelden voor coaches geen dienstverbanden voor onbepaalde tijd, zoals in de normale maatschappij? Werkt het niet, dan neem je op een fatsoenlijke manier afscheid van elkaar. Nu worden, net als bij de spelers, langjarige contracten afgesloten en moeten trainers en clubs in een beslissende fase van het seizoen besluiten of ze met elkaar doorgaan. Dat werkt competitievervalsing in de hand.
“Je hebt hier een punt. In de Eredivisie staat bij vijf clubs al vast dat de huidige trainer vertrekt en weet iedereen dat Frank Wormuth straks van Heracles naar FC Groningen gaat, terwijl die clubs eind april nog tegen elkaar spelen. Ik ben nooit zo van de zekerheid geweest. Als het niet werkt, dan werkt het niet. Ik heb zes jaar bij PSV gewerkt en altijd keken we per jaar of beide partijen een goed gevoel hadden om er nog een seizoen aan vast te plakken. Ik ken zelfs een club die een speciaal potje heeft gereserveerd om afkoopsommen van trainers te kunnen betalen, terwijl dat geld gewoon in de jeugdopleiding gestoken zou moeten worden. Daarom is dit inderdaad een interessante casus voor de CBV om te kijken hoe dit moet worden aangepakt.”Wat is het belangrijkste wat je níét op de trainerscursus hebt geleerd?
“Interessante vraag. Ik denk toch de aanpassing tussen trainer en club of land. Die moet altijd in evenwicht zijn. Daarom heb ik nooit een kolonie Nederlanders mee naar het buitenland genomen en altijd een oud-speler met trainerservaring uit het bewuste land in mijn staf opgenomen. Om relevante informatie over de voetbalcultuur, invloeden van buiten en andere zaken te krijgen. Zo heb ik veel aan oud-internationals als Bum Kun Cha, Graeme Arnold, Igor Korneev en Alexander Borodjuk gehad. Daarmee wilde ik vooral voorkomen dat ik met te veel Nederlanders een eiland in het grote gebeuren zou vormen. Voorop stond dat geleverd werd waarvoor ik gehaald was, maar dat kan alleen als je de omgeving kent waarin je beland bent. Of dit nu een club in Nederland is of een buitenlandse organisatie. En hoe extreem de verschillen soms ook lijken. Uiteindelijk deden mijn Koreaanse assistenten ’s avonds zelfs mee met het Nederlandse kaartspel toepen. Wat dat betreft is ook mijn eerste periode bij PSV heel leerzaam geweest. Dan heb ik het over het team dat in 1988 de Europa Cup won. Een zeer conflicterende groep, met spelers die niet bij elkaar op hun verjaardag kwamen. Maar zodra ze samen het veld op stapten, hadden ze collectief maar één doel: winnen! Dat proces hoefde ik nauwelijks te coachen, maar moest ik vooral managen.”

In 2006 is een staatsiefoto gemaakt met jou, Johan Neeskens, Dick Advocaat, Pim Verbeek, Leo Beenhakker, Wim Rijsbergen, Marco van Basten en John van ’t Schip. Vier bondscoaches en hun assistenten die namens Australië, Zuid-Korea, Trinidad & Tobago en Nederland op het WK in Duitsland actief waren. Een enorm contrast met de Nederlandse inbreng straks tijdens het WK in Qatar.
“Buiten het Nederlands elftal dus verder niets. Een reden te meer om onze opleiding goed te analyseren. Met ook in het achterhoofd dat in 2026 het WK van 32 naar 48 deelnemers wordt uitgebreid. Het zou mooi zijn als de Nederlandse coaches dan weer zo goed in de markt liggen dat enkele de mooie en speciale ervaring van een WK kunnen opdoen.”

Wat het uitbreiden van het WK betreft: is het niet zorgelijk dat de FIFA en UEFA steeds meer toernooien organiseren en daarbij onbeperkt spelers opeisen die eigendom van de clubs zijn? Zo wordt de Super League toch in de hand gewerkt?
“Mee eens. De klassieke bonden moeten oppassen hun hand niet te overspelen. Dat de topclubs zeggen: tot hier en niet verder. Daar zitten steeds meer eigenaren en aandeelhouders die vinden dat de waarde van hun organisatie wordt aangetast. Door dit WK ligt zelfs de Premier League in het najaar twee maanden stil en na twee coronajaren gaat dat de clubs weer heel veel geld kosten. Het houdt een keer op.”We kunnen er niet omheen. Je bent in totaal vijf jaar in Rusland actief geweest als bondscoach en technisch directeur. Hoe ervaar jij de huidige situatie rond Oekraïne?
“Ik heb bijna dagelijks contact met spelers en coaches met wie ik heb samengewerkt en iedereen schaamt zich dood. Iedereen! Sommigen hebben daar op Instagram ook uiting van gegeven. Een oud-speler heeft al mensen aan de deur gehad, waarna ook zijn account is geblokkeerd. Ik vind het vreselijk om te horen als dergelijke mensen aan mij excuses aanbieden voor wat een kliek in Moskou de wereld aandoet. Als ze daarom in Nederland tegen mij zeggen: ‘Daar heb je de Russen weer’, dan roep ik meteen ‘ho, ho, ho’. Er is in Rusland een groot verschil tussen een kleine politieke elite en het gewone volk. Poetin en zijn kliek leven daar zover vandaan, die zijn totaal het gevoel kwijt met wat er onder de mensen leeft. Die moeten van mij horen dat er in Oekraïne bombardementen zijn uitgevoerd en dat er jonge Russische soldaten zijn gesneuveld. Dat wordt ze allemaal onthouden. Daarom vond ik het mooi dat de dochter van Roman Abramovitsj als eerste publiekelijk kritiek op Poetin leverde. Vervolgens besloot Abramovitsj om Chelsea te verkopen en met de opbrengst de slachtoffers in Oekraïne te ondersteunen. Sommigen hebben daar hun twijfels over, maar ik beschouw het als een eerste barst in de onaantastbaarheid van Poetin. En nu maar hopen, dat er snel meer barsten komen.”

Het nieuwe MASTERS Magazine

Het gehele interview lezen met Hiddink? In het voorjaarsnummer van MASTERS wordt de herwonnen vrijheid gevierd na twee jaar corona. De waarde daarvan wordt onderstreept door de ontwikkelingen in het oosten van Europa, waar de vrijheid van een heel volk op het spel staat. We leven in een nieuwe realiteit, maar kunnen wel weer plannen maken, uit eten gaan, mensen ontmoeten. De wereld draait weer! Alleen: welke kant op? Tijd voor nieuwe bruggen, nieuwe initiatieven. Waartoe deze editie van MASTERS inspiratie biedt.

MASTERS #49